De BR89 (3000) is het eerste lokje dat ik mij kan herinneren. Het is de oudste eigen lok, versie 3000.3 (1959-1961).
Half jaren 70 liep het lokje al op z’n laatste benen. Er was toen eigenlijk niet goed meer mee te rijden.
Omdat ik toen nog geen kaas gegeten had van lokonderhoud is er niets mee gebeurd.
Nu is ze helemaal uitelkaar gehaald en alle onderdelen zijn schoongemaakt en waar nodig vervangen. Nieuwe koolborsteltjes, nieuwe sleper, tandwielen gereinigd en op nieuw gesmeerd en nieuwe anti-slipbandjes er onder.
Om de doffe behuizing weer wat meer glans te geven heb ik wat ballistol op een kwastje gedaan en daar de behuizing mee ingesmeerd. Naderhand met een droge kwast uitwrijven en de behuizing heeft weer een mooie diep zwarte glans. Ballistol helpt ook tegen roestvorming op metalen delen zoals koppeling en buffers.
Het lijkt erop dat het lokje weer jaren mee kan, ze rijdt en schakelt weer prima.
Dit is een lok met een verhaal, het betreft versie 3003.3 uit 1959. Ze zat niet bij de overgebleven loks uit de jaren 70.
In de late jaren 70, toen de Märklin baan al weg was, kwamen we wel eens langs de afvalcontainer van de plaatstelijke speelgoedwinkel.
Elke zichzelf respecterende speelgoedwinkel verkocht in die tijd treinen en je vond nog wel eens wat. En op een dag lag daar deze BR24 (3003) zonder sleepcontact, wel met tender waar een trapje van afgebroken was. Ze is door onze kinderen gebruikt om mee te spelen, met de hand rijden (want geen koolborstels) zo hard mogelijk. Het is verbazingwekkend dat de tandwielen allemaal nog heel zijn.
Deze lok is ook helemaal gestript, schoongemaakt en voorzien van nieuwe koolborstels, sleper, anti-slipbandjes en een nieuw veertje voor het omschakelrelais.
Om de doffe behuizing weer wat meer glans te geven heb ik ook hier wat ballistol op een kwastje gedaan en daar de behuizing mee ingesmeerd. Naderhand met een droge kwast uitwrijven en de behuizing heeft weer een mooie diep zwarte glans. Ballistol helpt ook tegen roestvorming op metalen delen zoals koppeling, buffers en windleiplaten.
Mogelijk ooit nog eens op een beurs naar een andere tender of tender-behuizing kijken.
Update: op de beurs een lege doos van de 3003 gevonden voor tien euro, dus kan ze weer netjes opgeborgen worden.
Update 2: In mei 2024 is er ook een 'nieuwe' identieke tender op de beurs gevonden.
De BR44 uit 1967, versie 3047.3. Deze lok bracht mijn vader mee uit Duitsland toen hij terugkwam van een karwei daar. Locomotieven waren in die tijd in Duitsland een stuk vriendelijker geprijsd dan in Nederland.
De lok bestaat uit een metalen frame en kap waardoor ze een behoorlijk gewicht heeft. Er zit ook een speciale overbrenging in om te zorgen dat de loc de krapste bogen kan nemen.
Daarnaast bezit de loc een rookgenerator en een TELEX koppeling aan de tender. Daarmee is het mogelijk om op elke willekeurige plaats de wagons te ontkoppelen.
Qua onderhoud viel het eigenlijk wel mee, wat mogelijk komt omdat deze loc altijd rechtop onder een glazen stolp heeft gestaan.
Alleen wat pluizen en oud vet verwijderd, alles gereinigd en opnieuw gesmeerd, nieuwe koolborstels, anti-slipbandjes en twee nieuwe sleepcontacten en de oude dame liep weer als een trein.
Zelfs de telex-koppeling en de rookgenerator werkten nog. Al met al een prachtige lok om te zien rijden.
■ De BR216 wordt op de startpagina beschreven. De onderstaande loks zijn naderhand aangeschaft op beurzen. Het bloed kruipt toch waar het niet gaan kan. Aanvullingen blijven altijd leuk.
De CM800 is de voorloper van de 3000. Dit is de 3000.2, met bedrijfsnummer 89.028, alleen geproduceerd in 1958. Grootste verschil aan de buitenkant zijn de twee lampjes aan de voorzijde. Aan de achterzijde zitten ook twee ‘nep’ lantaarns in plaats van drie.
Aan de binnenkant zit een ander soort omschakelrelais, namelijk het type met de wals. Om van rijrichting te veranderen moet je twee maal schakelen. In de tussenstand brand alleen het licht. Ook maakt de loc een bokkesprong als je omschakelt, een typisch dingetje van deze generatie.
Reden van aanschaf was vooral de prijs, twee tientjes. Daar krijg je een lokje en een avondje onderhoud voor. Zelfs met orginele verpakking.
Op beurzen krijg je ze nog net niet gratis mee, de prijzen beginnen bij zo’n tien euro en lopen dan op al naar gelang de staat van de loc. Van dit type kun je er niet genoeg hebben ;-)
De V60 (3065.3 1965-1968) heeft altijd tot m’n verbeelding gesproken. Deze is op de beurs in Houten aangeschaft als ‘Neuwertig’ ofwel ‘zo goed als nieuw’.
Voor 55 euro mocht ze mee. Met orginele verpakking, controlelabel, extra veertjes voor het omschakelrelais en boekje, helemaal gaaf. Toch eerst maar onderhoud gedaan, want zo goed als nieuw betekent in dit geval jaren stilstand. Het enige wat vervangen moest worden waren de anti-slipbandjes. De orginele waren helemaal uitgedroogd en draaiden los om de wielen.
De V60 is een leuk lokje om mee te rangeren. Met z’n telex koppeling kun je wagons overal achterlaten.
Ook hier weer een apart verhaal. Eind jaren zestig kwam pa nog al eens in Duitsland voor zijn werk. Eerder bracht hij de BR44 (3047) al mee, nu hadden we plots ook een heuse 1200 in huis. Mijn vreugde was echter van korte duur, de loc had hij meegebracht voor zijn zwager. Ik mocht er slechts kort naar kijken. Zodoende is deze loc altijd in het onderbewuste blijven hangen. Tot nu dan…
Dit model van Märklin is op de beurs aangeschaft nadat ik diverse plan E rijtuigen in bezit heb gekregen. Het is de eerste versie van de Berlijns blauwe 1219 uit 1965.
Dit model met artikelnummer 3051.1 is inmiddels al in zes verschillende uitvoeringen verschenen. Het model is een zware elektrische locomotief van de serie 1200 in van de Nederlandse Spoorwegen (NS) in blauwe uitvoering uit tijdperk III en IV.
Het model is Analoog en is in het bezit van een grote schijf collector motor (LFCM). De 3051 heeft een omgekeerde L-verlichting. Het model is 19,6 cm lang en heeft haak-koppelingen (HK9.1) .
Deze 3031.1 uit 1961 is via een particulier aangeschaft op de beurs in Houten. Het betreft een stoomlocomotief van de Baureihe 81 van de Deutsche Bundesbahn (DB), in zwarte kleurstelling uit tijdperk III.
Het model is analoog en is in het bezit van een Märklin Kleine Schijf Collector Motor (SFCM) met veldspoel en een mechanisch relais. Bij de eerste versie van deze loc welke in de periode 1959 t/m 1962 werd geproduceerd, is een handschakelaar op de waterkast aanwezig waarmee de rijrichting kan worden omgeschakeld.
Bij de volgende versie (vanaf 1965) is de handschakelaar verwijderd.
Het model heeft een 3-punts frontsein en 3-punts sluitsein. Er zitten nog orginele transparante anti-slipbandjes op. Tevens is het model voorzien van een Telex-koppeling aan beide zijden en is 12,8 cm lang.
3161
De 1202 van de NS is op de beurs in Houten aangeschaft. De loc stamt uit 1981, het jaar waarin ze voor het eerst in de catalogus stond. Ze is in een tiptop conditie en heeft weing gereden. Het model is analoog en is in het bezit van een grote schijf collector motor (LFCM). De 3161 heeft een driepunts A-sein, is 19,6 cm lang en heeft haak-koppelingen (HK9.1).
De locserie 1200 van de NS is ontstaan uit een ontwerp van Baldwin en Westinghouse (USA). De locs zijn door Werkspoor in Amsterdam gebouwd met uit Amerika toegeleverde onderdelen. In 1949 zijn er 25 locomotieven besteld. In 1952 is de aflevering van de locomotieven begonnen en in 1953 is de laatste afgeleverd. De 1201 t/m de 1214 werden in de turkooise kleur afgeleverd en de 1215 t/m de 1225 in roodbruin.
Vanaf 1954 zijn de locs overgespoten naar Berlijns blauw en vanaf de jaren '70 naar de nieuwe huisstijlkleur geel/grijs. Na in de loop der jaren een grote revisie te hebben ondergaan is in 1998 de laatste 1200 bij de NS uit dienst gegaan. De 1202 rijdt tot 1996 en komt 2 jaar later in de collectie van het Nederlands Spoorwegmuseum.
De Märklin 3005 is een model dat is gebaseerd op de Duitse stoomlocomotief BR 23 (Baureihe 23) van de Deutsche Bundesbahn (DB). De BR 23 was een relatief lichte stoomlocomotief, voornamelijk ontworpen voor passagierstreinen.
Dit type werd in de jaren 1950 ontwikkeld als onderdeel van een moderniseringsproject van de Duitse spoorwegen na de Tweede Wereldoorlog.
De BR 23 was bedoeld om oudere vooroorlogse locomotieven te vervangen en werd gekenmerkt door een gestroomlijnd ontwerp met een tender aan de achterkant. Er werden in totaal 105 van deze locomotieven gebouwd tussen 1950 en 1959.
De 3005 werd voor het eerst uitgebracht in 1957 en bleef tot 1972 in productie. Tussen 1969 en 1971 is het model niet leverbaar geweest.
Deze BR23 (3005.5) kwam ik op de beurs in Houten tegen en is in absolute nieuwstaat. Het is het model zonder rangeerhandgrepen aan de voorkant.
Ook heeft de tender geen opschrifen aan de zijkant, alleen 23.014 op de achterkant. De loc rijdt en schakelt probleemloos.